woensdag 31 januari 2018

La Palma - Zon, wind en water

Ook al was het meestal lekker zonnig weer, waaien deed het soms pittig.
In Puerto de Tazacorte (aan de westkust) zagen we op een dag een flinke branding die natuurlijk mijn aandacht trok.
Het strand van dit vulkanische eiland was pikzwart.
Ik vond het prachtig contrasteren met het witte schuim, de golven en de blauwe lucht.
Terwijl ik bezig was om de golven zo mooi mogelijk vast te leggen lette ik te weinig op het water dat het strand op stroomde.
Tot twee keer toe werd ik verrast door het wit schuimende water, waardoor ik er tot over mijn enkels in stond.
Dat betekende schoenen leeg gieten, sokken uitwringen en met natte sokken in natte schoenen verder gaan.
Het stoorde mij niet.
Met tegenlicht ontstond er een heel ander beeld met een sombere, wat dreigende sfeer.
Ook op deze manier sprak het beeld mij erg aan.
Kleurige krabben zijn natuurlijk het meest spectaculair als het licht er op een andere manier op valt.
Toch vond ik de houding mooi genoeg om de rode rotskrab zo te laten zien.
Zo kan het ook.
Het opgedroogde schild is net zo grijs als de grijze omgeving.
Door de rode poten vallen de krabben natuurlijk toch op.
Bij Faro de Fuencaliente op het uiterste zuidpuntje van het eiland liggen de zoutpannen.
Door zonnewarmte te gebruiken produceert men hier zeezout.
Ik heb mij er niet in verdiept waarom er verschillende formaten bassins zijn.
Het verschil in kleur heeft te maken met mineralen die in het water voorkomen en samen met het zout neerslaan.
Ook hier beukte de wind met flinke kracht tegen de kust.
De kracht van de wind was op deze dag, 15 januari, niet te vergelijken met de stormkracht die Nederland op 18 januari teisterde, 
maar het geweld was toch ook hier indrukwekkend.
Nu geen zwart strand, maar zwart vulkanisch gesteente.
Het witte schuim en het blauw van het water en de lucht zorgden voor een panorama waar ik lang naar kan kijken.
Na een aantal relatief rustige rollers kwam er steeds weer een grotere golf die met grote kracht op de rotsen stuksloeg, met een spectaculaire schuimmassa tot gevolg.
Wellicht boeit het niet iedereen maar ik kan absoluut genieten van dit natuurgeweld.
Verder lopend langs de zoutpannen kwamen we bij bassins waar de zoutconcentratie blijkbaar zodanig is dat er nog een soort waterplanten in kan groeien.
Hier liepen enkele bonte strandlopers naar voedsel te zoeken.
Zoals ik al eerder schreef kan je hier soms ook flamingo's en diverse steltlopers verwachten.
Zout kristalliseert soms op stenen wat aardige plaatjes oplevert.
Door de zonnewarmte wordt het zoute water op een zeker moment oververzadigd waardoor kristallisatie plaatsvindt.
Tot slot nog enkele beelden van het hier vlakbij gelegen Playa de Las Cabras.
De wind was krachtig, een fijne waternevel waaide over het strand.
Iedereen kent de kracht van stromend water, bijvoorbeeld van televisiebeelden.
Als je er met je neus bovenop staat krijg je een goede indruk van de  kracht die het water kan hebben als het op de kust beukt.
Het water spatte soms hoog op.
Ik heb nog enkele beelden waarbij het water nog aanzienlijk hoger op de plaat is te zien, maar die beelden vond ik minder mooi.
Als je dan aan het eind van de dag bij het vakantiehuisje op een windstille plek met een koud drankje in de hand nog kunt genieten van de ondergaande zon heb je wel het gevoel dat je vakantie hebt.



woensdag 24 januari 2018

La Palma

La Palma: zon, terrasjes, lekker eten en een geweldige natuur.
Wat wil je nog meer in de maand januari, wanneer je in Nederland een grote kans hebt op wind, regen en grijze dagen?
Van 12 t/m 19 januari hebben wij van het eiland genoten.

Op de Canarische eilanden  reken je op kanaries.
Die waren er dan ook volop, zeker in de buurt van ons vakantiehuisje.
Naast het terras van het huisje stonden aloë's, om precies te zijn aloë arborescens, uitbundig in bloei.
Daar kwamen Canarische tjiftjaf's (Phylloscopus canariensis) op af.
Ik heb er massa's plaatjes van gemaakt, die later wel een keer in een ander blog zullen opduiken.
Wel lekker om ze van enkele meters afstand rustig te kunnen fotograferen, want erg schuw waren ze niet.
In het zuiden van La Palma  zijn we naar Salinas de Fuencaliente geweest, bassins waarin zout wordt gewonnen in de open lucht.
Een uniek en traditioneel proces dat zelfs door de EU wordt gesubsidieerd.
Er overwinteren diverse vogels, zoals deze mantelmeeuw.
In vroeger tijden was zout zo waardevol dat vaak met zout (= sal) betaald werd.
Het woord salaris is van het woord "sal" afgeleid.
Tot mijn verbazing liepen er bontbekplevieren langs de zoutpannen.
Het witte walletje voor de plevier is gekristalliseerd zeezout.
In bassins waar het zoutgehalte nog niet zo hoog was liep ook een aantal steenlopers, die ik vooral ken van de Zuidpier in IJmuiden.
Jammer was het wel dat flamingo's, die hier ook regelmatig blijken te komen, tijdens ons bezoek elders waren.
Deze vogel is endemisch voor La Palma.
Het is een Berthelot's pieper (Anthus berthelotii).
We hadden het geluk om meerdere exemplaren van behoorlijk dichtbij te kunnen zien.
Valkjes hebben we vaak gezien,maar meestal op afstand.
Toen ik op een dag bezig was kanaries te fotograferen bleek een Canarische torenvalk (Falco canariensis) de hele omgeving, mij incluis, vanuit de veilige hoogte van een palm te bekijken.
Het is trouwens een mannetje (te herkennen aan de grijze kop, vrouwtjes hebben een bruine kop).

Met deze vogels hield het niet op.
In latere blogs zullen alle vogels die voor mooie platen hebben gezorgd de aandacht krijgen die ze verdienen.

Hagedissen horen bij de vaste bewoners van de Canarische eilanden.
Deze flinke jongen, inderdaad een mannetje, luistert naar de welluidende naam Canarische hagedis (Gallotia galloti Palmae).
De talloze stenen muren bieden uitgelezen mogelijkheden om zich indien nodig te verstoppen.
Ze moeten vooral oppassen voor katten, die goede jagers zijn en graag een hagedis pakken.
Het bewijs hebben we twee keer gezien.
Op de stenen en basaltblokken langs de kust  heb je een grote kans een keer krabben te zien.
Dit is een volwassen exemplaar van de rode rotskrab, ook wel klimkrab (Grabsus adscensionis) genoemd.
Volwassen exemplaren zijn prachtig gekleurd, maar de jongere krabben zijn vaak helemaal grijs.
Dat grijs een grotere kans biedt om te overleven hoef ik natuurlijk niet uit te leggen. 

Dit is een eerste impressie van het dierenleven dat wij gezien hebben.
Er zijn echter nog flinke hoeveelheden platen die uitgezocht moeten worden.
Op een passend moment zal ik op deze reis terugkomen en vooral de vogelliefhebbers met een aantal voor hen hopelijk aantrekkelijke platen plezieren.

dinsdag 16 januari 2018

Waterspreeuw overwintert in de AWD

Al enkele jaren heb je een kans  in de Amsterdamse Waterleidingduinen (AWD) een waterspreeuw  aan te treffen. 
In 2017 bijvoorbeeld maakte er één in maart een tussenstop van enkele dagen in de AWD. 
In december dook er ook weer één op die het er blijkbaar goed naar zijn zin had want op 10 januari 2018 werd hij ook nog waargenomen op de plek waar ik het in deze post over zal hebben.
Op 29 december zag ik hem bij een watervalletje waar het water belucht wordt.
Je kon hem daar mooi vrij zien, maar eigenlijk van iets te ver weg.
Je kan de platen dan natuurlijk flink gaan croppen maar daar worden ze niet mooier van.
Ik moest namelijk voornamelijk ISO waarden van 800 en 1600 gebruiken omdat het nogal donker weer was.
Het water viel via een watervalletje naar het niveau waar de waterspreeuw naar voedsel zocht,
en vervolgens via een tweede waterval enkele meters omlaag.
Het is overigens een zwartbuikwaterspreeuw (Cinclus cinclus cinclus, dipper) die vermoedelijk uit Noord Europa afgezakt is naar een omgeving waar nog voldoende voedsel te halen is.
Voordat hij zijn kop onder water stak stond hij vaak even te wippen, d.w.z. ritmisch op en neer door zijn pootjes te zakken.
Heel karakteristiek gedrag voor de waterspreeuw.
Ook al had hij een voorkeur voor het tweede niveau toen ik er was, op het hoogste kwam hij af en toe ook wel.
Hier hield hij goed in de gaten wat er boven hem gebeurde.
Soms ging hij naar het allerlaagste niveau om daar langs de oevers voedsel te zoeken,
maar zulke plaatsen waren onaantrekkelijk voor het maken van plaatjes.
Het was een geluk dat hij ook een tijdje tamelijk dichtbij even op de kant kwam zitten,
net op een moment dat er wat meer licht was (ISO 400).
Van daaruit vloog hij naar een net boven het water uitstekende dikke tak.
Voedsel zoeken deed hij daar niet.
Op de stenen constructie naast de waterval vond hij tussen de stenen ook nog wat eetbaars.
Even eten zonder nat te worden.
Een enkele keer zocht hij voedsel achter de waterval, maar ik was net te laat om dat vast te leggen.
Dit is een heel kenmerkend beeld.
Hij bleek een goede visser/jager te zijn.
Ik had niet verwacht dat hij, staande op de rand van de waterval, bladeren uit het water zou halen.
Er bleek nog wat eetbaars tussen te zitten ook.
Hier heeft hij, balancerend op de rand, de nodige prut in zijn snavel.
Soms moest hij even flink met zijn vleugels wapperen om niet met het water meegesleurd te worden.
Zo vond hij het toch makkelijker.
Het is goed te zien dat hij succes had bij het vissen, al blijft het jammer dat ik niet dichterbij kon komen.
Er stond namelijk een hek om de waterval.
Tot aan deze dag had ik voornamelijk platen kunnen maken van een waterspreeuw die aan de rand van een kanaaltje druk bezig was.
Voor de afwisseling was het wel prettig dat ik hem nu een keer in een andere omgeving bezig kon zien.
Het leek wel of hij even goed wilde laten zien wat hij gevangen had.
Met dikke handschoenen aan kan je niet fotograferen, maar met dunne sporthandschoentjes kreeg ik toch wel erg verkleumde vingers, waardoor afdrukken soms lastig was.
Het was namelijk  niet alleen grotendeels een grijze dag, maar het was ook maar een paar graden boven nul.
Je moet er wat voor over hebben .
Het observeren van de vogel en de karrenvracht aan platen maakte het echter zeer de moeite waard.

zondag 7 januari 2018

AWD - december 2017

Ook al ligt de jaarwisseling weer achter ons, voor een terugblik op de maand december maak ik graag nog wat ruimte vrij.
Af en toe kwam ik langs de plaatsen waar nog wel eens een vos wil opduiken,
af en toe laat ik mij dan toch weer verleiden om er een paar plaatjes van te schieten.
Een tweetal vossen hing wat rond in het duin, waarvan er één een beetje loom in het gras ging liggen.
Bij wijze van uitzondering waren er vrijwel geen mensen in de buurt.
Vaste bezoekers zullen ze wel bij naam kennen (!), maar daar houd ik mij niet mee bezig.
Zij gaven mij alle kans om mooie plaatjes te maken.
Met de getoonde beelden ben ík in ieder geval wel tevreden.
Rugzakvossen hebben blijkbaar soms een zwak voor een rugzakfotograaf.
Een goudhaantje fatsoenlijk op de plaat vastleggen lukt mij niet vaak omdat ze zo ongedurig zijn.
Ik ben daarom blij met deze ontmoeting.
Op 6 december had ik mijn eerste ontmoeting met een waterspreeuw.
De vogel was niet erg schuw, jammer was wel dat het licht zodanig was dat ik vaak weer op ISO waarden van 800 en 1600 moest terugvallen.
IJverig was de waterspreeuw op zoek naar voedsel, langs de oever van het kanaaltje, maar .........
........ ook zwemmend in de diepere delen.
Zo zie je ze natuurlijk graag.
In het infiltratiegebied zag ik twee wilde zwanen landen.
Een ervan bleef achter een tweetal knobbelzwanen.
Beide wilde zwanen bleven behoedzaam op afstand van de knobbelzwanen want die waren toch al erg onrustig.
Ze waren eigenlijk nog te ver weg naar mijn zin maar omdat ze voor mij de eerste twee van de wintermaanden waren krijgen ze toch een plek in dit maandoverzicht.
Ik zei het al, de knobbelzwanen - zeker een tiental - waren erg onrustig.
Enkelen van hen wilden indruk maken.
Sommigen hadden een erg kort lontje en joegen achter soortgenoten aan.

Je snapt ook dat je flink voor ze moet uitkijken als ze humeurig zijn.
Mij keurden ze geen blik waardig.
Halverwege de maand zag ik de waterspreeuw opnieuw.
Ik laat hem hier zien omdat het een plaat is van winterse omstandigheden.
Winters, met een flink pak sneeuw, was het maar een korte tijd.
De opname dateert van 12 december toen de grootste drukte in het duin alweer voorbij was.
Op een vroege decembermorgen had ik het rijk alleen toen ik deze klapekster zag.
Aanvankelijk was hij wat verscholen, maar later liet hij zich helemaal en goed bewonderen.
Met dit soort platen van deze wintergast kan ik alleen maar heel tevreden zijn.
Ook dit pimpeltje gunde mij de kans om hem eens mooi op de plaat te zetten.
Voor de verandering ging hij niet voortdurend van tak naar tak.
Kuifeendjes zie je het hele jaar door in de bredere kanalen zwemmen.
Met rustig weer spelen sommigen graag voor fotomodel.

Brilduikers duiken iedere winter weer op in de AWD.
Na enige tijd raken ze iets meer aan mensen gewend en krijg je betere kansen om er plaatjes van te schieten.
Toen ze mij zagen kregen ze het wel een beetje heen en weer, maar opvliegen deden ze niet.
Het mannetje maakte soms knikbewegingen met zijn kop, maar het lukte mij niet om dat zó vast te leggen als ik wilde.
Volgende keer beter.
Deze zaagbek man was ook al al redelijk aan mensen gewend geraakt, 
in tegenstelling tot twee vrouwtjes die bij hem in de buurt waren en snel opvlogen.
Door de licht oplopende oever kon ik niet lager komen dan ik hier deed.
Zo kom ik langzaam maar zeker bij het soort beelden dat ik deze winter graag wil maken.
Tot mijn grote plezier zag ik eindelijk weer eens een aantal reeën, een viertal.
Hier een reegeit met haar kalf.
Ze bleven voornamelijk tussen de dorre varens in een beschut gebied.
Natuurlijk heb ik ook hier mijn wensen voor een mooiere, rustige omgeving, maar dit is nu eenmaal hun leefgebied.
Ook als ze wat aan je gewend geraakt zijn, houden ze je goed in de gaten.

Voor één vogel kwam het maandoverzicht net te vroeg.
Op 29 december zag ik de waterspreeuw voor de derde keer deze maand, 
op een in mijn ogen mooie locatie:

Daar kom ik in een volgende post op terug.